Goede houdingen voor borstvoeding

Waarom de juiste houding kiezen essentieel is bij borstvoeding geven

De juiste houding kiezen is meer dan alleen comfort; het is de basis voor een succesvolle borstvoeding. Een houding waarbij je baby goed kan aanhappen, zorgt voor een efficiënte melkoverdracht.

Bovendien vermindert een correcte houding de kans op kwaaltjes zoals tepelkloven en spierpijn. Wanneer jij ontspannen bent, is je baby dat ook, wat elke voeding tot een rustgevend moment maakt.

Zittend voeden: verschillende voedingshoudingen

Zittend borstvoeding geven is populair omdat het veel controle en ondersteuning biedt. Zorg altijd voor een comfortabele stoel met goede rug- en armsteun. Een voedingskussen kan hierbij wonderen doen.

De Madonnahouding

De meest klassieke positie. Plaats je baby met zijn gezichtje naar jou toe, buik tegen buik. Als je de linkerborst geeft, ondersteun je je kindje met je linkervoorarm. Met je rechterhand houd je je borst vast om de tepelhof in baby's mondje te plaatsen.

Als je baby's kin jouw borst raakt en het neusje zich op de tepel bevindt, heb je de juiste positie gevonden!

De Doorgeschoven Madonnahouding

Deze houding geeft meer controle, ideaal voor pasgeborenen. Als je de linkerborst geeft, ondersteun je de baby met je rechterarm en ondersteun je met je linkerhand de borst. Zo heb je een perfect zicht op het aanhappen.

De Rugbyhouding

Houd je baby aan één kant van je lichaam onder je arm, zoals je een rugbybal zou vasthouden.

Deze houding is perfect na een keizersnede omdat ze de druk op de buik vermijdt.

Liggend voeden: de ideale liggende houding

Goed voor nachtvoedingen of als je moet herstellen van de bevalling.

De Zijligging

Om borstvoeding te geven in bed (handig voor 's nachts), kan je kiezen voor de "zijlingse lighouding", waarbij je baby op zijn/haar zij voor je ligt, met het mondje ter hoogte van de tepel. Deze houding biedt het voordeel dat je een arm kan vrijmaken zodra je baby goed ligt. Heel praktisch!

De half-liggende houding (Australische houding)

De Australische houding is ideaal bij een sterke toeschietreflex. Ga half achterover liggen en leg je baby bovenop je buik. De zwaartekracht helpt je baby het drinktempo te controleren.

Speciale houdingen: welke houding in welke situatie?

Soms vraagt een situatie om een specifieke aanpak.

De Kruiphouding

Dit is een tijdelijke techniek waarbij je op handen en knieën boven je baby hangt. De zwaartekracht helpt om verstopte melkkanalen vrij te maken bij een borstontsteking (mastitis) of stuwing.

De Koalahouding

Hierbij zit je baby rechtop, schrijlings op je dij. Dit is een goede optie voor oudere baby's met een goede hoofdcontrole of voor baby's met reflux.

Hoe pak je het aan met tweelingen?

Voed je ze samen of elk om beurt? Er is geen vaste regel. Jij bepaalt zelf wat het meest geschikt is voor jou en je kindjes. Als een baby moeite heeft om naar de borst te happen of als je een innige band wilt opbouwen met elk van je baby's, kan je ze elk om beurt laten drinken.

Leg de meest hongerige baby eerst aan de borst. De andere, meer geduldige baby houdt er misschien van om lekker in te slapen aan de borst, zodat je hem/haar als laatste kan nemen.

Om efficiënt te werk te gaan, kan je ook beide baby's tegelijk voeden (op voorwaarde dat ze allebei op hetzelfde moment honger hebben). Opteer in dat geval voor de "rugbyhouding" met de hoofdjes van beide baby's naar elkaar gericht. Deze houding vraagt wat oefening, maar zal al snel uiterst handig en doeltreffend blijken!

De juiste houding: de geheimen van succesvol borstvoeding

Als je baby honger heeft, laat hij dat duidelijk merken! Een hongerige baby spert zijn/haar mondje helemaal open en maakt wringende bewegingen om de borst te vinden ... dit kan soms even schrikken zijn. Je hoeft nergens bang voor te zijn, borstvoeding geven is pijnloos. Hoe gaat het in zijn werk?

• Begin van de drinkbeurt: baby's mondje is wijd opengesperd en hapt naar de tepel en een deel van de tepelhof. Jouw baby's tong ligt onder de tepel en vormt een drinkkanaal. Lukt het niet meteen? Knijp je tepel en tepelhof samen in een U-vorm om ze makkelijker te doen passen in je baby's mond.
• Tijdens het drinken: de onderlip van je baby is neergetrokken. Het neusje ligt tegen je borst. Je baby maakt regelmatige bewegingen met de onderkaak en zuigt, slikt en ademt afwisselend. Niets om bang voor te zijn dus ...

Tip: als het aanhappen moeilijk gaat, knijp dan zachtjes in het tepelhof om ervoor te zorgen dat je baby een groter stukje van de tepel in de mond neemt. Onthoud dat, goed aanhappen geen pijn mag doen. Neem contact op met je arts als dit wel het geval is.

Heeft mijn baby genoeg gedronken?

Het kan gebeuren dat de borstvoeding niet volledig naar wens verloopt, ondanks je goede inzet. Mogelijke alarmsignalen:

• Minder dan 5 drinkbeurten per dag.
• Een plotse en ingrijpende verandering van het voedingsritme.
• Raar of onregelmatig slikken.
• Je baby huilt of slaapt voortdurend.

Controleer ook regelmatig of je baby's gewicht toeneemt.

Als je een gevoel van warmte en spanning voelt in de borst waarmee je de baby voedt, wil dat zeggen dat alles naar behoren verloopt. Je hoeft niet bang te zijn, het zuigen doet helemaal geen pijn!

Vrouwen die borstvoeding geven, ervaren aan het einde van de drinkbeurt een gevoel van geruststelling. Je baby is kalm en rustig. Het lijkt wel alsof de tijd stilstaat. Dit moment van harmonie en symbiose loont zeker de moeite!